H.J. Schimmel: verschil tussen versies

Uit ewmagazinewiki.nl
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
(Nieuwe pagina aangemaakt met 'Schimmel, H.J. Schimmel, H.J.')
 
 
Regel 1: Regel 1:
 +
Hendrik Jan Schimmel, geboren op 30 juni 1823 in ’s-Graveland, overleden op 14 november 1906 in Bussum. Schimmel is redacteur van Elsevier’s van 1891 tot 1899.
 +
 +
Ook toneelschrijver Hendrik Jan Schimmel wordt in 1890 door [[Jacs Robbers]] gevraagd voor de hoofdredactie van een nieuw op te richten Nederlands tijdschrift. Herman Robbers, de zoon van, schrijft later over het tweetal: ‘Ik zie de heeren nog binnenkomen voor de vergadering. Ten Brink, zwierig, gul en geurend als steeds, de blauwe moesjesdas flapperend onder de frisch geschoren kin en de vliegerig witte bakkebaar- den. En naast hem, gewoonlijk een ietwat spottenden glimlach om de dunne lippen, Schimmel, toen al een oude man, dra- gende evenwel, omdat hij daar nu eenmaal zoo aan gewoon was, een glimmende zwarte pruik. Welk een gebeurtenis, toen hij dit alom bekend hoofdbekleedsel plotseling door een zilvergrijzige en vrij wat krulliger haardos bleek vervangen. Ten Brinks armen schoten de lucht in, toen hij zijn ouden vriend ontmoette: “Allemachtig, Schimmel, wat ben je jong geworden.”’ Schimmel is de pensioenleeftijd al ruim gepasseerd als het eerste nummer van Elsevier’s wordt uitgebracht.
 +
 +
Hendrik Jan is de zoon van Hendrik Poeraat Schimmel, notaris en burgemeester van ’s-Graveland, en Sara Meijse. In 1832 gaat hij naar de aristocratische jongenskostschool om daarna op het notariskantoor van zijn vader het vak van notaris te leren. Als zijn vader in 1842 overlijdt, verhuist de familie naar Amsterdam. Deze ommekeer in zijn leven pakt voor Hendrik Jan goed uit. Hij leeft op. Zijn vader was altijd een fel tegenstander van poëzie, terwijl Hendrik Jan zich daar juist meer en meer voor interesseert. In Amsterdam gaat hij werken bij het Agentschap der Schatkist. In 1847 wordt voor het eerst een toneelstuk van zijn hand opgevoerd, Twee Tudors. In 1849 treedt hij in dienst bij de Nederlandsche Handel-Maatschappij.
 +
 +
Zijn tweede toneelstuk, Joan Wouters, draagt Schimmel op aan de invloedrijke schrijver en uitgever Jacob van Lennep, met wie hij bevriend raakt. In 1851 wordt hij met onder anderen Van Lennep benoemd in een commissie die adviseert over verbetering van het toneel in Nederland. En hij raakt bevriend met Everhardus J. Potgieter, schrijver en oprichter van het progressief-liberale maandblad De Gids. Schimmel wordt er redacteur, een functie die hij zestien jaar zal vervullen. Ook is hij redacteur van de Nederlandsche Volks-Almanak en van het tijdschrift Nederland.
 +
 +
Schimmel is lang voorzitter van de raad van beheer van de vereniging Het Nederlandsch Tooneel. Ondanks zijn carrière als schrijver blijft Schimmel bij financiële instellingen werken. In 1863 wordt hij directeur van de Amsterdamse Credietvereniging. Koning Willem III benoemt hem tot Ridder in de Orde van de Nederlandse Leeuw.
 +
 +
 
[[Categorie:Redacteuren Maandschrift|Schimmel, H.J.]]
 
[[Categorie:Redacteuren Maandschrift|Schimmel, H.J.]]
 
[[Categorie:Personen|Schimmel, H.J.]]
 
[[Categorie:Personen|Schimmel, H.J.]]

Huidige versie van 3 aug 2016 om 17:05

Hendrik Jan Schimmel, geboren op 30 juni 1823 in ’s-Graveland, overleden op 14 november 1906 in Bussum. Schimmel is redacteur van Elsevier’s van 1891 tot 1899.

Ook toneelschrijver Hendrik Jan Schimmel wordt in 1890 door Jacs Robbers gevraagd voor de hoofdredactie van een nieuw op te richten Nederlands tijdschrift. Herman Robbers, de zoon van, schrijft later over het tweetal: ‘Ik zie de heeren nog binnenkomen voor de vergadering. Ten Brink, zwierig, gul en geurend als steeds, de blauwe moesjesdas flapperend onder de frisch geschoren kin en de vliegerig witte bakkebaar- den. En naast hem, gewoonlijk een ietwat spottenden glimlach om de dunne lippen, Schimmel, toen al een oude man, dra- gende evenwel, omdat hij daar nu eenmaal zoo aan gewoon was, een glimmende zwarte pruik. Welk een gebeurtenis, toen hij dit alom bekend hoofdbekleedsel plotseling door een zilvergrijzige en vrij wat krulliger haardos bleek vervangen. Ten Brinks armen schoten de lucht in, toen hij zijn ouden vriend ontmoette: “Allemachtig, Schimmel, wat ben je jong geworden.”’ Schimmel is de pensioenleeftijd al ruim gepasseerd als het eerste nummer van Elsevier’s wordt uitgebracht.

Hendrik Jan is de zoon van Hendrik Poeraat Schimmel, notaris en burgemeester van ’s-Graveland, en Sara Meijse. In 1832 gaat hij naar de aristocratische jongenskostschool om daarna op het notariskantoor van zijn vader het vak van notaris te leren. Als zijn vader in 1842 overlijdt, verhuist de familie naar Amsterdam. Deze ommekeer in zijn leven pakt voor Hendrik Jan goed uit. Hij leeft op. Zijn vader was altijd een fel tegenstander van poëzie, terwijl Hendrik Jan zich daar juist meer en meer voor interesseert. In Amsterdam gaat hij werken bij het Agentschap der Schatkist. In 1847 wordt voor het eerst een toneelstuk van zijn hand opgevoerd, Twee Tudors. In 1849 treedt hij in dienst bij de Nederlandsche Handel-Maatschappij.

Zijn tweede toneelstuk, Joan Wouters, draagt Schimmel op aan de invloedrijke schrijver en uitgever Jacob van Lennep, met wie hij bevriend raakt. In 1851 wordt hij met onder anderen Van Lennep benoemd in een commissie die adviseert over verbetering van het toneel in Nederland. En hij raakt bevriend met Everhardus J. Potgieter, schrijver en oprichter van het progressief-liberale maandblad De Gids. Schimmel wordt er redacteur, een functie die hij zestien jaar zal vervullen. Ook is hij redacteur van de Nederlandsche Volks-Almanak en van het tijdschrift Nederland.

Schimmel is lang voorzitter van de raad van beheer van de vereniging Het Nederlandsch Tooneel. Ondanks zijn carrière als schrijver blijft Schimmel bij financiële instellingen werken. In 1863 wordt hij directeur van de Amsterdamse Credietvereniging. Koning Willem III benoemt hem tot Ridder in de Orde van de Nederlandse Leeuw.